donderdag 8 oktober 2009

je me sens...

sans...

~. ~

L'art poétique

Om mezelf op te bergen als een geheim
in een slaap van lammeren en stekjes
Om mezelf op te bergen
in een saluutschot van een immens schip
Op te bergen
in het Geweld van een eenvoudige herinnering
in je handen
om mezelf op te bergen in je woord

Ingrid Jonker
(lichtjes aangepast)

woensdag 7 oktober 2009

Come, philosopher


Aromatic poppets, pried
from the black gold of old soil,
dingier than cauliflower or pearls,
we eat them braised with a little brown sugar.
Pure, Aristotle. Come, philosopher.
Come to the table. Sit by my side.

— Still to Mow, p. 23 Maxine Kumin

Ach, zit even bij me nu ik wakker ben. Ik verwende mezelf zo belabberd ik me voel. Zoals vroeger, maar toen mocht ik in niets verglijden. Nu is het een compromis met wat zelfredzaamheid: rösti-pastilles met kleine stukjes spek, kippensoep, een stukje tarte tatin en paracetamol en Co. als afsluiter.
Hm, had ik maar een glas wijn. Of cognac. Of ... . Spijtig.

Twee heldere ogenblikken en voor de rest veel dwaze waas. Een kater. Altijd een kater.
Hij is extra wild vandaag, uiteraard, want heeft aandacht nodig.

Kom zit even bij me (Je naam).
Tot ik terug slaap?

maandag 5 oktober 2009

de zegening van kippensoep

soms is alles zo dun dat het zich onttrekt aan leven aan woorden aan zijn het ijle het wezen dat zonder verzet als water vorm aanneemt een kat die haar rug zoveel soepeler draait dan een mens met de strakke kolom die hij torst een kind plooit niet alleen in zijn gewrichten maar ook in zijn huid en past in een arm op een schoot

soms is alles zo dun en ijl dat woorden vloeibaar worden in het dansen op die rand in slaapwaak verdwijnen en de grenzen en afstand tussen ver en dichtbij

ik lig onder je ogen je kijkt en de vreemde woorden die binnendringen in een ander bewustzijn zijn elders betekenisloos leiden tot het besef waarom ik 'het' niet zomaar zeggen kan want wat te zeggen is met al zijn kracht en verlangen is van mij in een zegplek waar huiverwijding en emoniakaal iets dragen dat ginder blijft

diep en ver is hun betekenis niet geweten nochtans hun leven wijst

het antwoord ligt nu in kippensoep en dank je hoewel die laatste woorden me vervreemd klinken

zaterdag 3 oktober 2009

bla


tuesla


donderdag 1 oktober 2009

chained?


Oh, ik ben afgedwaald. Bellmer dus, maar ook Lacan... Die vreemde poppen van B. die verkeerd in elkaar steken, ik moest er aan denken bij Lacans spiegelgedoe. Dat iemand eigenlijk gebroken, misvormd, morcelé enz. is, maar door de spiegel of identificatie (met iemand die als spiegel fungeert) (ge)'heel' wordt. De vervreemding daarin en het zo gevormde ego: een illusie. Maar op die illusie en op hoeveel andere nog, draait de wereld.

Bellmer dus. En Sherman en zoveel meer.
Jij? Hoe zit de link tussen jouw schilderwerk en jezelf/ Lacan/ enz?
(...)

Misschien ben ik niet afgedwaald. Ik schreef: ik ga kapot. Ik bedoelde hoe ellendig ik me voel.
Maar kapot... dan als een tegengestelde beweging aan het 'hele' ego-beeld, de illusie - als ik kapot ga en niet het beeld in de spiegel zie?
En wat als het toch een beeld in de spiegel blijkt en dat ook dàt beeld er ààn is. Dan is meesterschap niet voor binnenkort.
Ik vraag me soms af of je (...).
Of (...).
(...) of ik je mag zien.


Je me couchai sur un divan
et me mis à raconter ma vie
ce que je croyais être ma vie
Ma vie, qu'est-ce que j'en connaissais ?
Et ta vie, toi, qu'est-ce que tu en connais ?
Et lui, là, est-ce qu'il la connaît,
Sa vie ?
(…)
Enfin me voilà donc couché
Sur un divan près de Passy
Je raconte tout ce qu'il me plaît :
Je suis dans le psychanalysis
(…)

Il faut (…) tout dire, et le plus difficile,
Si je n'hésite pas narrer des écarts sexuels et infertiles,
Ce m'est un embarras
De parler sans détours de mort et de supplices
Et d'écartèlements
De bagnes, de prisons où de vaches sévices

Rendent quasi-dément


Mais ces liens à leur tour tomberont dénoués

Les symptômes s'expliquent

Comme le crime en fin d'un roman policier
-mais ce n'est pas un crime !
Car si privé d'amour, enfant, tu voulus tuer

Ce fut toi la victime.


Uit: Chêne et chien , Raymond Queneau


Zelf-moord dan zo een beetje?
los - geslagen hond


hoofdstuk 7 & 8

hoofdstuk 9, § 9, pag. 27 - 30; §10, pag. 1
En god-dog?
en
l'amour en plus?
en zoveel meer?