nulla spe proposita fore levius aliquando, nulla praeterea neque praesenti nec
expectata voluptate, quid eo miserius dici aut fingi potest? quodsi vita
doloribus referta maxime fugienda est, summum profecto malum est vivere cum
dolore, cui sententiae consentaneum est ultimum esse bonorum eum voluptate
vivere. nec enim habet nostra mens quicquam, ubi consistat tamquam in extremo,

Zondag
is de naam, qui tollis peccata mundi. Zondag, berouwloos, de hitte van
gesmolten onderbuikgoud. L'un dit que je suis, je suis que je suis. Pas à
vendre-di. Passe. Niet in de pas. Jamas, flapjas, tapas, sas, -as, -as,
-as. Vrij-dag, papapapapapàssion. Pas sion. Si on, quoi? Westu? Westu
bleben? Bistu? Lente, zomer, hoogzomer voorbij (bis bis). Herfst en
derfst, je te cherche, je te - cher che. Gescheiden, glazen wanden,
melkglas, doek. Doek en kleur. Le rouge et le noir. Noir de noir pour
notre santé. Waar o waar? Gescheiden? Het hart buigt niet als een knie,
al wat het doet is pompen, pompen tot kapot. Een beetje bloed op de meet
- lijn - streep -; scheid niet wat heel is.
Ik
wil de restricties niet, niet de ochtenden die vastlopen als schepen in
een zandbank, de dag die knoeit, de dag die niet groeit en ondermaats
met krakende kaakwielen tijd hapt.
Er trekt een
droom voorbij, de paarden bijten. Mijn hand, vuistig, rust tussen de
uurwerktanden. Ergens klinkt een klokkenspel. De droom is een femmetasma
uit steen. Zij verdwijnt terwijl ze verschijnt, oneindig deelbaar in
boek en hout, horizonverticalen, vluchtig als het Noorderlicht. Mag ik
haar zien? Mag ik je zien? Zal ik de woestijn in lopen? Na je... ? Of
naar Kirgizië gaan? Op sloffen van vilt, aldragend, de pantoffels ohne
geluid. Het is ver weg bovendien. Misschien is er geen web. Misschien is
het de ultieme snede, de navelstreng geknipt, de glasvezelkabel
gestript, het koper gestolen, einde contact, want einde van de wereld.
Ik ren op hoge hielen. Waar, dat weet ik niet.
Je
bent dichter met verve dan zonder, versomsdichtgedacht. Het oorkussen
dat je me liet - toen je naar Gobi vertrok - is het creatieve gebaar.
Slapeloosheid is een goede vriend sedertdien.
Denkend aan.
hulpcitaat :
"diep
ademen en er door, zou ik zeggen. Het IS gewoon zo. Dat heeft te maken
met de structuur van het verlangen, het verlangen dat je langs de Andere
doet. Ademen dus."
je Naam.
hoofdstuk 7, § 11, p. 11
hoofdstuk 8, § 3, p 5-6-7-8
hoofdstuk 12, § 9, p. 11